zaterdag 21 augustus 2010

Zonsopgang op de Bromo en regen in Lombok

Om precies 1 uur worden we in het hotel opgehaald met een busje, dat ons naar een plaatsje op ongeveer een half uur van Bromo brengt. We komen daar om drie uur aan, in het pikkedonker, maar de onvermijdelijke verkopers staan al op de loer. Ditmaal met mutsen, handschoenen en sjaals, want it is very cold up there. Nou ja, dat zal wel meevallen. Rond 4 uur komt de jeep die ons de berg op zal brengen, en die we moeten delen met wat andere mensen. U raadt het al: Nederlanders. Sterker, een koppel uit Helmond, dat werkt op het Varendonck College (mijn oude school), en dat binnenkort in Someren gaat worden. Of de wereld is heel klein, of het is echt van Summere en nie bang.
Op de berg aangekomen, blijkt dat we niet de enige zijn. Het stikt er van de mensen, voornamelijk toeristen. Het is nog steeds donker, en iedereen zoekt een plaatsje. Tegen kwart voor vijf begint de lucht lichter te worden. De zonsopgang is prachtig, de lucht is oranje, rood, geel en roze, met strepen wolken ertussen. Op de voorgrond zie je de berg zich langzaam onthullen, omringd door een laagje mist. Koud is het inderdaad wel! Gelukkig heeft Pieter nog een regenjas bij zich, dat helpt wel iets.

Tegen kwart voor zes gaan we ergens een kop koffie drinken en even opwarmen, waarna we de jeep nemen naar de vulkaan. Goed dat we met een jeep zijn, de weg is bijna onbegaan met alle hobbels en kuilen. Af en toe zitten we bijna tegen het plafond. En onze reisgids speelt het klaar om zelfs nu in slaap te vallen!
Onder aan de voet van de berg staan paarden klaar, voor de mensen die niet te voet de berg op willen. Ik met mijn afkeer van paarden ga gewoon lopen. Nou ja, gewoon, het blijkt een hele klim te zijn, en ik moet onderweg echt af en toe even op adem komen. Het is nog ontzettend vroeg, half 9 ofzo, maar de zon is al aardig warm, dus langzaam aan trek ik alle laagjes die ik aan had, weer uit. Het laatste stukje naar de krater is een trap van 250 treden, die ik ook niet in 1 keer haal. Eenmaal boven kiunnen we een blik werpen in de stomende vulkaan. Onze reisgenoot is leraar aardrijkskunde, dus die praat me even bij over alles wat er te zien is. Erg interessant. Daarna lopen we weer naar beneden om met de jeep weer terug naar ons busje te gaan.
Daar nemen we afscheid van onze tijdelijke reisgenoten, en gaan weer terug naar Malang. In Malang hebben we inmiddels een ander hotel geboekt, een homestay. Een goedkope kamer, in een soort van Indonesische villa. Daar aangekomen kruip ik direct mijn bed in. Pieter maakt nog even een snelle run naar het reisbureau om onze vlucht naar Lombok te boeken (via internet lukte dat niet meer, omdat het minder dan 48 uur van tevoren is). Hij komt terug met het goede nieuws dat hij een vlucht heeft geregeld met Merpati air, en ook nog eens een busje dat ons naar het vliegveld in Surabaya zal brengen. Mooi, kunnen we nu gaan slapen. Het is pas half 2, maar mijn biologische klok is helemaal in de war van het nachtelijke uitstapje. We slapen tot een uur of zeven, en besluiten dan lekker in de binnentuin van ons guesthouse te blijven zitten. Ik loop even naar de Indo Maret voor wat snacks en wat te drinken, echt honger hebben we niet.
We zitten nog geen half uur, of we hebben aanspraak. Hello Mister, hello missis, my name is Mr. Santo, I want to learn English. Santo komt bij ons zitten, en probeert ons in steenkolen Engels vanalles duidelijk te maken, wat maar matig lukt. Gelukkig is het Engels van de eigenaar wat beter, en beetje bij beetje komt het gesprek op gang. Santo nodigt ons uit om met hem zijn frens wat te drinken in Cafe Quatro. Ach ja, doe ook maar, als we ons even om mogen kleden...? Nou, vijf minuten dan. Buiten aangekomen staat Santo klaar met zijn brommer, en volgens hem is het de normaalste zaak van de wereld als zowel Pieter als ik bij hem achterop komen zitten. Ach ja, doe ook maar. Na een ritje van 20 minuten door de straten van Malang en een dikke kramp in mijn benen, komen we bij Cafe Quatro aan, wat een hele hippe tent blijkt. Zijn frens zitten al op ons te wachten, microfoon in de aanslag. Hmmm, Azie.... Karaoke? Ze zingen er lustig op los, en natuurlijk moeten Pieter en ik mee doen. Ach ja, doe ook maar. Niemand kent me hier, dus wie doet me wat. Het wordt een ontzettend gezellige avond, waarin we met handen en voeten toch redelijke gesprekken kunnen voeren. Om half 12 (!) worden we de tent uitgeveegd, en blijkt het te zijn gaan regenen. Arie vindt niet dat we op Santo's brommertje terug kunnen, dus gaat zij haar auto halen om ons naar huis te brengen. Een hele gare Mazda met een knipperend oliepeillampje, maar we komen thuis. We maken nog even wat foto's, en dan duiken we ons bed in. We zetten de wekker om 8 uur, want om 9 uur staat het busje naar Surabaya voor de deur. Om tien voor half 8 staat de eigenaar echter al op onze deur te bonken, dat het busje er al is en dat we moeten opschieten. Ook goedemorgen. Rond kwart over 8 zijn we dus al op weg naar het vliegveld, waar we natuurlijk veel te vroeg aankomen. Maar goed, je kunt er maar zijn.
Eind van de middag komen we aan in Mataram, Lombok, in de stromende regen, die pas halverwege de avond ophoudt. Het regent echt pijpestelen, op sommige delen van de weg staan mensen tot dik aan hun enkels in het water, en kunnen de brommers zich met moeite door de plassen worstelen. Het was de bedoeling een beetje te shoppen voor hotels, maar uiteindelijk besluiten we in te gaan op de aanbieding die ons op het vliegveld gedaan is. Een prachtige kamer in het beach hotel in Senggigi. Wat heerlijk, na de bijna Spartaanse kamer in Jona's homestay. Luxe en een heerlijke hete douche! En recht aan het strand. Zelfs in de regen is het mooi. Nu nog hopen op mooi weer, maar so far, I am liking Lombok!

(gejat van de website...)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten