vrijdag 11 december 2009

Road trip


We zitten om half 9 klaar in de lobby van het hotel. We worden opgehaald door een jongen, die ons meeneemt naar het verhuurbedrijf. Hij blijkt uitsmijter te zijn in een populaire club in Reykjavik, waar ze op vrijdag en zaterdag in de rij staan om binnen te komen. Ik zou ik niet zijn om even te regelen dat wij dan natuurlijk vanavond wel even de rij mogen overslaan. Ja hoor, zegt hij, geen probleem, ik laat jullie wel binnen.

Bij het verhuurbedrijf aangekomen, merken we dat het toch wel erg hard waait. Misschien een beetje te hard om met een mini Hyundai de weg op te gaan. De jongens van het verhuurbedrijf vinden dat blijkbaar ook, want ze overleggen even in het IJslands met elkaar, en melden ons vervolgens dat ze ons een grotere auto mee gaan geven. Ze vinden twee van die chickies in zo'n kleine auto waarschijnlijk niet echt een goed idee. We krijgen een dikke Renault Megane onder de kont, en zo gaan we op weg, richting Borgarnes. We merken al gauw dat we met die Hyundai edcht van de weg geblazen zouden zijn, want er staat echt een straffe wind. Onderweg komen we langs een kerk, waar we even stoppen, omdat het hier in IJsland gebruikelijk is de graven op de kerkhoven rond kersttijd ook te versieren met lichtjes. Apart beeld. Helaas regent en waait het te hard, we worden letterlijk vooruit geblazen, en de foto's mislukken jammerlijk.

Na een dik uur en een paar kodak-momenten komen we in Borgarnes aan, voor IJslandse begrippen een redelijk grote plaats, voor Nederlandse begrippen een gat. Ook hier veel foto's. Na een kop koffie en een broodje gaan we weer onderweg, richting een behekst bos en een meer. Onderweg maken we nog meer fotostops, de lucht is hier prachtig, en als het licht is, dan zijn er veel verschillende kleuren blauw, waarbij je prachtige foto's maakt. We nemen foto's van het landschap, van paarden, van verlaten benzinestations, en allemaal zijn ze mooi. We nemen een zijweggetje richting Stafholt, wat een huis en een kerk blijkt te zijn. Uiteraard een fotokerk. De deur van de kerk is op slot, maar de sleutel zit erin, dus we stappen toch maar even binnen. Bizar, dat zou bij ons echt niet kunnen.

Als we weer instappen, begint het steeds harder te regenen, en besluiten we het bos en het meer te laten voor wat ze zijn. Het begrip bos moet hier in IJsland ook enigszins ruim geinterpreteerd worden, het zijn meer bosjes die hooguit tot de knie reiken. We nemen weer de 1 (snelweg, ook dat begrip neme men met een korrel zout) richting Reykjavik, door de tunnel Hvaltfjorour, een tunnel van 5,5 km. We rijden letterlijk door weer en wind terug. De rukwinden zijn af en toe zo sterk, dat we bijna van de weg afblazen. Rond een uur of half 5 (het is alweer donker) parkeren we de auto veilig achter het hotel.

Vanavond de club Austur maar eens gaan bekijken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten